Banden: bandenspanning en profieldiepte controleren (minimaal 1,6 mm). Uitlaat: deze mag nergens loshangen, 1 geheel en gasdicht zijn. Verlichting: werken alle lampen (knipperlichten, groot licht, mistlicht, stadslicht, remlicht en kentekenplaatverlichting). Verwarming: de aanjager van de voorruit moet werken i.v.m. het ontwasemen van de voorruit. Veiligheidsgordels: de gordel moet blokkeren als u er hard aan trekt en onbeschadigd zijn. Een pluizende gordel is toegestaan. Claxon: deze dient uiteraard te werken. Ruitenwissers: deze moeten goed werken en de rubbers mogen dus niet versleten zijn. Vloeistoffen: er moet voldoende remvloeistof in het tankje zitten. Remmen: zowel de (voet)rem als de handrem moeten goed werken. Kenteken: deze moet goed afleesbaar zijn; er mag dus geen trekhaak voor zitten.